Lisette de Greeuw
Vanaf vrijdag 7 mei 2024 zal je in Vandekerckhove en bar kunnen kennismaken met kunstwerken van Lisette de Greeuw. In de werken van Lisette de Greeuw (°1990) smelten kunst en precisie samen tot intrigerende vragen rond kleur en taal. In haar systemen en geborduurde uitkomsten worden menselijke codes, patronen en waarden in de kijker gezet. Een gesprek ...
Wil je wat vertellen over Notation language?
Lisette de Greeuw: Ja. De tekeningen uit deze series bestaan uit met de hand getrokken rasters in verschillende formaten op papier of geprepareerd hout. Daarop teken ik tekens die naar kleuren verwijzen zoals in kruissteekborduurpatronen. Elk getekend vakje verwijst naar één kruissteek in één bepaalde kleur. De tekens teken ik met een fineliner, snel, zonder al te veel na te denken. Zo vormen de tekens een abstract patroon waarvan ik van tevoren de uitkomst niet ken. Nu ik dit soort tekeningen al geruime tijd maak merk ik dat ik zwart-witte tekeningen zelf niet meer zwart-wit zie.
Een oefening in naarstigheid?
Zo zie ik dat zelf niet. Ik probeer door te tekenen en te herhalen een abstracte taal te begrijpen en me steeds meer eigen te maken. Ik behandel de tekens als een taal, een systeem, waarin bepaalde regels gelden waarvan we de betekenis samen bepaald hebben. Door het herhalen van tekens ontstaan er fouten en die zijn belangrijk in mijn werk.
Fouten zijn belangrijk. De machine maakt ook fouten. Hoe zit dat?
Het gaat niet alleen over fouten die de machine maakt. Met mijn werk ben ik eigenlijk bezig met het maken van systemen en die ik ga dan herhalen totdat er een punt komt dat er iets buiten dit systeem valt. Dat is bijvoorbeeld zo met mijn reeks krijtjes, waarin er 2,5 g pigment per krijtje zit. Ik heb dan een rij gele krijtjes en dan een reeks tussen geel en oranje, waarbij ik dan die pigmenten meng totdat de kleur naar mijn gevoel te veel bij het ene aanleunt en dus te veel geel is of te veel oranje is, en als dat moment er is, dan stap ik over naar een andere combinatie van de samenstelling van pigmenten. Maar die ‘fout’ hou ik er wel in. En in de machine geeft dit dan ook een fout. Ik wil dit niet uitspelen, ik laat de machine niet expres fouten maken, maar ik vind het wel interessant om te zien dat wanneer je dus exact hetzelfde probeert te doen, dit niet helemaal lukt. Daarom laat ik die fouten ook zichtbaar. Je ziet soms verspringingen, er zijn soms open stukken of iets dat niet helemaal juist is. Samengevat, hoewel ik altijd zo precies mogelijk probeer te werken, vind ik het interessant om te zien dat zelfs wanneer je exact hetzelfde probeert te doen, dit niet altijd lukt. Daarom laat ik de fouten zichtbaar in mijn werk.
Wat motiveert je om urenlang aan deze systemen te werken?
Voor mij werken de schematische tekeningen als hulpmiddel naar het uiteindelijke werk. Ze vormen het startpunt van het maken van vertalingen naar andere materialen en vormen. Dit hulpmiddel is niet minder waard dan het eigenlijke werk. De tekeningen heb ik nodig om verder te kunnen werken en ik vind tekenen ook gewoon heel leuk.
Kun je ons meer vertellen over de functie van kleur in je werk?
In de omzettingen van de Notation language series is het een heel vanzelfsprekende stap. De tekens verwijzen naar kleur dus het is een logische stap om de omzetting naar kleur ook daadwerkelijk te maken. Het is conceptueel kleurgebruik.
Je lijkt kleur te onderzoeken en vertelde me ooit: ‘ik vraag me soms af welk teken het meest oranje is’. Wat bedoel je daarmee?
Eerst had ik een duidelijke verwijzing van dit teken is deze kleur. Maar nadien ben ik de kleuren anders gaan lezen. Ik ben mijn manier hoe ik de tekens lees, gaan aanpassen. Ik ben de kleuren van één teken dichter bij elkaar gaan brengen. In plaats van dat ik de tekens lees als van: dit teken is oranje, dit teken is blauw, ben ik de hele matrix beginnen lezen als allerlei verschillende blauwtinten. Daarin ben ik dan op zoek gegaan naar oranje. Want een rondje met een punt erin is voor mij heel duidelijk (een teken voor) oranje. Als ik dan in een borduurwerk zit met blauwtinten, ja, dan ben ik dus op zoek naar het meest oranje in de blauwen. Dit hangt samen met hoe ik de tekeningen begonnen ben. Ik ben begonnen met - dit teken verwijst voor mij naar deze kleur en dit teken naar deze - als een eigen code, een eigen taal, een idioom. Een vrij specifieke manier dus, hoe ik dit lees. Dat is echt de basis. En dan probeer ik mijn taal aan te passen aan een nieuwe grammatica met nieuwe letters. Toch blijft het aanvankelijke teken in mijn hoofd zitten. Een beetje zoals je plots Engels gaat spreken, maar je wel nog in het Nederlands blijft denken. Dat is wat ik dus bedoel met: “ik vraag mij af welk teken het meeste oranje is”.
Wat betekenen de titels van je werken voor jou?
De titels van mijn werken zijn belangrijk. Ze zijn ook vaak best wel simpel en werken met nummeringen. Eventuation bijvoorbeeld betekent ‘uitkomst’ en gebruik ik voor de werken die een vertaling zijn van de schematische tekeningen, die dan Notation Language_ + nummer heten. Of een enkel werk dat bestaat uit 1008 krijtjes verdeeld over 12 rijen van 84 gradiënten krijgt de titel a specific amount of shades for a future work, wat dan weer refereert naar alles wat je met die krijtjes zou kunnen tekenen. De titels geven een lees- en kijkrichting zonder meteen alles in te vullen.
Tot 28 augustus in Vandekerckhove en bar, Brabantdam 55, 9000 Gent